De rol van het afweersysteem tijdens een hartinfarct

Onderzoekers van de afdeling Genetica van het UMCG hebben onderzoek gedaan naar de rol van het afweersysteem tijdens het herstel van een hartinfarct. Een hartinfarct is een veelvoorkomende doodsoorzaak in Nederland. Tijdens een hartinfarct krijgt het hart onvoldoende zuurstof als gevolg van een blokkade in de vaten. Hierdoor kunnen delen van de hartspier afsterven. Een snelle dotterbehandeling in het ziekenhuis kan levens redden, maar vaak heeft het zuurstoftekort dan al schade aan de hartspier veroorzaakt. Het afweersysteem speelt een belangrijke rol bij het zoveel mogelijk proberen te herstellen van deze schade. Echter, als het afweersysteem te hevig reageert, ontstaat er veel littekenweefsel in de hartspier, wat ervoor zorgt dat het hart minder goed bloed door het lichaam kan pompen dan voor het hartinfarct.

De onderzoekers analyseerden de rol van het afweersysteem van mensen die gedotterd zijn na een hartinfarct en vergeleken die met bloedcellen van Lifelines-deelnemers die nooit een hartinfarct hadden gehad. Het viel hen op dat bepaalde witte bloedcellen in aantal en in activiteit waren veranderd. Daarnaast weren er eiwitten gevonden die eerder gelinkt zijn aan een risico op hart- en vaatziekten. Deze eiwitten gedroegen zich bij patiënten met een hartinfarct verschillend afhankelijk van iemand zijn erfelijke materiaal. Bij gezonde Lifelines-deelnemers was dat niet het geval.

De conclusie uit dit onderzoek is dat het afweersysteem een grote verandering doorgaat na een hartinfarct. Zowel specifieke afweercellen als iemands erfelijkheid en het ziektestadium bepalen hoe en wanneer afweercellen ingezet kunnen worden om het ziekteverloop na een hartinfarct te verbeteren.