Te dik en toch ondervoed, blijkt uit onderzoek van UMCG

04-10-2021

- door Marjolein
Prof Foto: Jacob van Essen
Prof Foto: Jacob van Essen

Bron: Dagblad van het Noorden

Bijna de helft van de ziekenhuispatiënten met overgewicht vertoont tegelijk ook tekenen van ondervoeding, blijkt uit onderzoek van hoogleraar Gerjan Navis en diëtist Iris van Vliet van het UMC Groningen. Navis en Van Vliet onderzochten ziekenhuispatiënten in het UMCG en daarnaast ook onder de gezonde bevolking van Noord-Nederland via het grote onderzoek Lifelines. Onder de te zware ziekenhuispatiënten bleek iets minder dan de helft een tekort te hebben aan spiermassa, eiwitten, vitamines en mineralen. Maar onder de gezonde Lifelines-deelnemers stuitten ze ook op vrij veel tekenen van ondervoeding.

We eten wel veel, maar te eenzijdig en missen zo gezonde voedingsstoffen. Die ondervoeding maakt ook ziekenhuispatiënten vaak slap en moe waardoor hun conditie nog verder verslechtert. ,,Een behoorlijk schokkende ontdekking’’, vindt Navis.

Uit onderzoek van hoogleraar nefrologie Gerjan Navis en diëtist Iris van Vliet van het Universitair Medisch Centrum Groningen blijkt dat bijna de helft van de ziekenhuispatiënten met overgewicht tegelijk ook tekenen van ondervoeding vertoont; ze lijden aan een tekort aan eiwitten, spiermassa, vitamines en mineralen. Datzelfde constateren ze buiten het ziekenhuis, zo tonen de gegevens aan van de bevolking van Noord-Nederland in het langetermijnonderzoek Lifelines. ,,We zien ondanks veel overgewicht toch ook vaak tekenen van ondervoeding’’, zegt Navis. Door de aandacht voor overgewicht en obesitas zien we het verschijnsel ondervoeding over het hoofd.

Bekijk de lezing van Gerjan Navis voor de Medische Publieksacademie UMCG

Mensen krijgen de verkeerde voeding binnen. Te weinig eiwitten en groene groente en juist te veel ‘vullend’ en energierijk eten. Door de aandacht voor overgewicht en obesitas zien we het verschijnsel ondervoeding over het hoofd, stellen Navis en Van Vliet. ,,Je ziet het in de hele wereld’’, merkt Navis. ,,In de derde wereld ook, waar de honger in veel landen minder wordt en een deel van de bevolking zelfs overvoed raakt. Maar niet met de nuttige voedingsmiddelen. Mensen eten vaak te eenzijdig. In één en dezelfde persoon zie je dan zowel overgewicht als een tekort aan voedingsstoffen. Wat je in die ene persoon ziet, zie je ook in de gehele bevolking. De Wereldgezondheidsorganisatie WHO noemt het een dubbele last van over- en ondervoeding.’’

Het is voor veel mensen niet goed met elkaar te rijmen, merkt Navis. ,,Het lijkt prachtig: er is minder honger in de wereld. Veel mensen hebben genoeg kilo’s. Dan lijkt het of ze voldoende reserves hebben. Maar als je gaat meten welke stoffen iemand nou precies binnen heeft, dan blijkt het helemaal niet goed te gaan. Je ziet het pas als je het door hebt.’’ Dat is erg, want door die ondervoeding ontstaan allerlei narigheden zoals chronische ziektes, een slechte conditie en medische zorg die minder resultaat boekt doordat patiënten niet herstellen. ,,Als je tegelijkertijd overgewicht hebt wordt het daarvan eerder slechter dan beter’’, zegt Navis.

Diëtist Van Vliet en hoogleraar Navis zijn bij de patiënten in het UMCG en onder de deelnemers aan het Lifelines-onderzoek gaan meten wat mensen nou precies binnen krijgen. ,,Normaal kijkt de zorg in het ziekenhuis vooral naar het gewicht en de lengte om de voedingstoestand van de patiënt vast te stellen’’, stelt Van Vliet. ,,Daarmee kun je dan de body mass index of BMI uitrekenen. Hieruit blijkt dat een groot deel een te hoog BMI heeft. Maar wij zijn ook gaan vragen of patiënten klachten hebben die vaak leiden tot ondervoeding en we zijn gaan meten wat de voedingsinname van mensen was en we hebben hun spiermassa onderzocht. In alle groepen bleek sprake van behoorlijke tekenen van ondervoeding.’’ 40 procent van de opgenomen patiënten loopt risico op ondervoeding. Dat is tweemaal zo groot als gedacht.

Bij patiënten die in het ziekenhuis zijn opgenomen wordt gekeken of ze voldoende op gewicht zijn om een operatie of ingreep aan te kunnen. ,,De uitkomst daarvan is doorgaans dat tegen de 20 procent van hen een hoger risico loopt op ondervoeding’’, zegt Van Vliet. ,,Maar uit ons onderzoek bleek dat gehalte veel hoger, zeker 40 procent. Die patiënten liepen ook een hoger risico op slechte uitkomsten, zoals langdurige opname in het ziekenhuis en heropname.’’ Ook onder patiënten die een niertransplantatie hebben ondergaan heerst veel overgewicht. ,,Dat komt onder andere doordat ze na hun operatie de ontstekingsremmer prednison moeten slikken’’, weet Navis.

,,Prednison werkt goed maar geeft ook lekkere trek. We dachten daarom dat lekkere trek het probleem was. Maar toen we beter keken, bleken deze patiënten vreemd genoeg juist minder te eten dan anderen. Het echte probleem was dat ze weinig eiwit binnenkregen, daardoor slap en moe bleven, niet goed herstelden, en daardoor ook spiermassa verloren. Kom dan maar eens in beweging, dat gaat dus gewoon niet. En door het gebrek aan lichaamsbeweging werden ze vervolgens dik. Maar de ondervoeding was dus het echte probleem. Dat was voor ons een behoorlijk schokkende ontdekking, en die schok heeft ons op het spoor van de verborgen ondervoeding gezet.’’

Ook uit andere onderzoeken komen vergelijkbare getallen. Zo is onder oudere diabetespatiënten met een gemiddeld gewicht van meer dan 100 kilo in een ziekenhuis in Almelo vorig jaar onderzocht hoeveel van hen ondervoed zijn: 1 op elke 3 patiënten vertoonde tekenen van ondervoeding.

Die ondervoeding kan op verschillende manier worden aangetoond. Diëtist Van Vliet liet patiënten vragenlijsten invullen over wat voor klachten ze hebben die het eten bemoeilijken, wat ze eten en hoeveel ze kunnen bewegen. Daarnaast houdt ziekenhuispersoneel van hun patiënten bij wat ze te eten krijgen en of ze de hele dag op bed liggen of ook actief bezig zijn.

Andere methodes zijn het meten van spiermassa of spierkracht, bloedonderzoek maar vooral ook het checken van de urine. Met name door mensen 24 uur per dag hun urine te laten opvangen en dat te onderzoeken, kunnen onderzoekers van alles vaststellen over wat mensen binnenkrijgen. Zo zegt het stofje ureum hoeveel eiwit iemand heeft binnengekregen. En de stof creatinine is een goede maat voor de spiermassa van een persoon.

De 24 uurs-urine wordt soms in het ziekenhuis onderzocht maar ook in brede bevolkingsonderzoeken zoals Lifelines. ,,We hadden daardoor al die tijd al een schat aan gegevens van een heel grote groep mensen’’, zegt Navis. ,,We hebben al die jaren op die getallen gezeten zonder er voor het meten van voedingstoestand echt iets mee te kunnen. Nu weten we waar we naar moeten zoeken en hoeveel die getallen ons zeggen.’’